Wapenstilstand gemeld tussen druzen en regeringsleger in Syrië
Vertegenwoordigers van de Syrische regering en leiders binnen de druzengemeenschap in dat land melden opnieuw een wapenstilstand te hebben gesloten, na dagen van gevechten in en rond de Zuid-Syrische stad Sweida.
Die stad werd de afgelopen dagen door onder meer Syrische troepen belegerd, waarbij ruim 250 doden zouden zijn gevallen. Er zijn berichten over standrechtelijke executies van druzische burgers en andere mensenrechtenschendingen door het Syrische leger en milities die trouw hebben gezworen aan de nieuwe regering. Ook druzen zouden zich schuldig hebben gemaakt aan mensenrechtenschendingen.
Naar eigen zeggen om het geweld tegen de druzen te doen stoppen, voerde Israël gisteren luchtaanvallen uit op Syrische troepen en milities in Sweida en de hoofdstad Damascus. Druzen zijn een religieuze minderheid in Syrië, maar er wonen ook druzen in Israël. Zij voerden eerder al protestacties om de Israëlische regering te bewegen tot het beschermen van hun geloofsgenoten in hun buurland.
Eén aanval in Damascus was live te zien op de Syrische tv:
Of deze nieuwe wapenstilstand het gaat houden, is de vraag. Regeringstroepen zijn wel begonnen zich terug te trekken uit Sweida. Maar een eerder staakt-het-vuren dat afgelopen dinsdag werd aangekondigd, hield geen stand. Ook riep een prominente druzenleider, sjeik Hikmat al-Hijri, zijn volgelingen op om die deal niet te steunen.
Midden-Oostencorrespondent Daisy Mohr"Het begint steeds duidelijker te worden wat zich in Sweida heeft afgespeeld. Ik krijg afschuwelijke video's toegestuurd, maar nog niet alle beelden zijn geverifieerd. Ik hoor ook veel nare verhalen van mensen uit die regio, over ziekenhuisgangen vol met doden. Ook vrouwen en kinderen zijn gedood. Winkels zijn geplunderd of leeggeroofd, en huizen zijn afgebrand. Er zijn nog uiteenlopende cijfers over het dodenaantal.
Er zijn mensen met wie ik regelmatig contact heb, maar van wie ik al twee dagen niets heb gehoord. Veel mensen hadden geen internet en geen elektriciteit om hun telefoons op te laden.
De schrik zit er diep in. Mensen zijn vooral erg bang. Voor velen doet het denken aan het geweld tegen de alawieten in maart. Het is angstaanjagend voor veel Syriërs dat het geweld tegen minderheden zich opnieuw herhaalt. De grote vraag is hoe dit heeft kunnen gebeuren en hoe de nieuwe Syrische machthebbers het vertrouwen denken te kunnen herstellen."
In een poging de gemoederen te bedaren zei de Syrische president Sharaa afgelopen nacht in een tv-toespraak tegen zijn druzische landgenoten dat "jullie rechten beschermen onze prioriteit heeft, en wij zullen niet accepteren dat jullie een speelbal worden van externe krachten". Daarmee bedoelde hij vermoedelijk Israël.
Sharaa vervolgde dat Syrië niet bang is voor oorlog en bereid is te vechten als de waardigheid van het land wordt bedreigd. "We hebben ons hele leven lang uitdagingen moeten doorstaan en ons volk moeten beschermen. Maar we hebben altijd de belangen van de Syriërs boven chaos en vernietiging gesteld."
Geweld tussen druzen en bedoeïenenDe afgelopen week laaide het geweld tussen de druzische minderheid en bedoeïenen in het zuidwesten van Syrië opnieuw op. De spanningen tussen de groepen hebben een lange geschiedenis. Al decennia hebben de groepen onenigheid over land en toegang tot water. Mede door economische onzekerheid en het gebrek aan overheidsgezag zijn de spanningen nu weer opgelopen.
Volgens Alaa Abou Fakher, lid van de druzische gemeenschap in Nederland, laait het geweld vaker op door kleine zaken, zoals schapen die op verboden plekken grazen. Hij zegt dat het recente geweld begon nadat bij een checkpoint van bedoeïenen een druzische groentewagen was gestolen. De bestuurder werd ontvoerd, en als reactie ontvoerde een groep druzen bedoeïenen uit het dorp Ariqa.