Duitse kiezer stemt voor verandering, vraag is of het midden die kan brengen
Als het aan CDU-leider Friedrich Merz ligt, heeft Duitsland nog voor Pasen een nieuwe regering. Dat is volgens hem nodig voor de Duitse positie in de wereld en om nodige veranderingen op het gebied van migratie en economie door te voeren. Maar dat lijkt, nu de uitslag van de Bondsdagverkiezingen bekend is, een zware klus te worden.
De kiezer heeft hard afgerekend met de coalitiepartijen die Duitsland de afgelopen jaren hebben geregeerd. Dat komt vooral ten goede van de flanken: met een verdubbeling van de radicaal-rechtse AfD, de wederopstanding van het socialistische Die Linke en bijna 5 procent voor het links-conservatieve BSW, dat net niet de kiesdrempel haalt.
CDU/CSU is weliswaar de grootste, maar wint slechts een paar procentpunt. En dat ondanks een ongekend impopulaire coalitie.
Recept voor stevige confrontatiesDe christendemocraten lijken met de SPD toch net voldoende te hebben voor een nipte meerderheid, een grote opluchting voor CDU-leider Friedrich Merz. Tegelijk zullen de sociaaldemocraten deze historische nederlaag eerst moeten verwerken, en vervolgens er alles aan doen om hun huid duur te verkopen. Een recept voor stevige confrontaties bij de onderhandelingen.
De vraag is of de SPD in een coalitie wil stappen met een instabiele, kleine meerderheid van twaalf zetels. Bovendien leunt zo'n regering op een mandaat van nog geen 45 procent van de stemmen. Van oudsher heet een CDU/CSU-SPD-coalitie de 'Grote Coalitie', omdat de twee volkspartijen van oudsher groot zijn, maar ze zullen op zoek moeten naar een andere bijnaam.
Mogelijk zullen de sociaaldemocraten daarom proberen om de Groenen erbij te betrekken als derde coalitiepartner. Dan ontstaat een machtsevenwicht, waarbij links en rechts precies even groot zijn. Maar vooral vanuit de CSU klinkt fel verzet tegen samenwerking met de groene "verbodspartij".
Een bijkomend probleem is dat de CDU/CSU met beoogd bondskanselier Merz een leider heeft die niet gewend is om water bij de wijn te doen. Merz heeft tot nu toe geen enkele regeerervaring, ook niet op lokaal niveau. Nu moet hij waarschijnlijk juist op zijn belangrijkste standpunten compromissen leren sluiten. En met het relatief zwakke resultaat van de CDU/CSU staat hij minder sterk in onderhandelingen dan gehoopt.
Zo beloofde hij eerder in de campagne op dag één van het kanselierschap zijn omstreden asielplannen door te voeren. Juist de SPD en de Groenen zien deze voorstellen, zoals het stopzetten van gezinshereniging en weigeren van alle asielzoekers aan de grens, als ongrondwettelijk en als een ondermijning van de Europese Unie.
Voor Merz is een streng asielbeleid juist een halszaak, omdat hij de AfD een 'randverschijnsel' wil laten worden. Samenwerking met hen sluit hij, ook nu weer, stellig uit. Bij de radicaal-rechtse partij steken ze de hand uit voor samenwerking, maar gelijktijdig wachten ze met smart op een coalitie over links. Dan kan de AfD gegarandeerd uitgroeien tot de grootste partij, klinkt het daar.
In gesprek met de NOS zette AfD-leider Weidel al haar zinnen op de volgende verkiezingen in 2029:
De afkeer van de AfD bindt de middenpartijen misschien nog het meest. Dat kan de coalitievorming helpen. Mochten ze er samen uitkomen, dan zal het ook een opgave zijn om de groep ontevreden kiezers op links en rechts niet verder te laten groeien. Ook al zijn het twee partijen die samen verantwoordelijk zijn voor een groot deel van het beleid van de afgelopen decennia.
Nieuwe leidersTerwijl er nagedacht moet worden over coalitieonderhandelingen, zullen de verliezers zich opnieuw moeten uitvinden. Bij de SPD is al een 'personeelsverandering' aangekondigd: Scholz wil niet door in een kabinet waarvan hij niet de baas is. Bij de Groenen heeft leider Robert Habeck juist aangegeven niet in de Bondsdag plaats te zullen nemen. Nieuwe, aansprekende leiders staan niet direct klaar in de coulissen.
Waar de kiezer behoefte heeft aan verandering, gingen vrijwel alle partijen de campagne in met oude leiders. Des te meer viel Heidi Reichinnek van Die Linke op. Jong, fel en sterk online. Haar partij profiteerde ogenschijnlijk als enige van de protesten tegen de opkomst van de AfD, als sterkste tegengeluid.
De grote onvrede over de aftredende regering heeft ook veel niet-stemmers naar de stembus getrokken, die in meerderheid voor AfD en BSW stemden. Nooit eerder sinds de hereniging van Oost- en West-Duitsland was de opkomst voor Bondsdagverkiezingen zo hoog. Toch valt 14 procent van de stemmen weg, door de kiesdrempel van 5 procent.
De kiezer heeft zich in hoge mate van het politieke midden afgewend. De middenpartijen moeten bepalen hoe zich te verhouden tot dat protestgeluid . Daarvoor wachten grote taken op het gebied van economie, migratie, defensie en de wereldpolitiek. Hoe handlungsfähig de volgende regering wordt, is deels afhankelijk van de compromisbereidheid van dat midden.
Hoe Duitsland heeft gestemd, en waar AfD en CDU hun bolwerken hebben, zie je in onze uitslagentool: